Kuifje is in Brits-Indië nog steeds te gast bij de maharadja van Rawajpoetalah. Een fakir leest Kuifjes hand en ziet drie mannen voor wie Kuifje moet oppassen: de fakir uit Kuifjes vorige avontuur die inmiddels uit zijn gevangenschap is ontsnapt, een blanke man die door Kuifje dood wordt gewaand en een gele man met zwart haar en een bril. Kuifje wordt even later benaderd door een Chinees, die voor hij iets kan zeggen wordt vergiftigd met een pijltje met daarin het Kuifje inmiddels bekende gekmakende vergif radjaïdjah. De man kan, voordat het gif begint te werken, nog iets uitbrengen over een zekere Mitsuhirato in Shanghai. Kuifje gaat vanwege die opmerking op onderzoek uit in Shanghai. Daar net aangekomen heeft hij naar aanleiding van een incident met een afgetuigde riksjaloper een aanvaring met de racistische Amerikaanse zakenman Gibbons. Deze is bevriend met J.M. Dawson, de corrupte politiechef van de Internationale Concessie.
Mitsuhirato is een in Shanghai verblijvende Japanse zakenman. Hij vertelt Kuifje dat hij Kuifje via de Chinese bode heeft proberen te waarschuwen dat de maharadja in gevaar is, omdat een deel van de organisatie van opiumhandelaren nog steeds actief is en smeekt Kuifje zo snel mogelijk naar hem terug te gaan. Kort daarna worden twee aanslagen op Kuifje gepleegd. Een onbekende Chinese jongeman redt Kuifje het leven door bovenop hem te springen op het moment dat er vanuit een passerende auto op Kuifje geschoten wordt. Diezelfde avond wordt een kop thee in Kuifjes hand door dezelfde persoon stuk geschoten net voordat hij ervan kan drinken. Kuifje denkt dat dit een aanslag op zijn eigen leven was en probeert de dader te pakken, maar even later blijkt dat Bobbie door het drinken van de thee is bedwelmd. Later wordt er voor Kuifje een ontmoeting geregeld met deze jongeman die hem twee keer heeft gered, maar als de ontmoeting plaatsvindt blijkt deze ook met radjaïdjah vergiftigd.
Kuifje besluit, na het krijgen van een briefje zonder afzender, waarin hij wordt teruggeroepen naar Indië, om inderdaad terug te gaan naar de maharadja. Mitsuhirato komt op de kade beleefd afscheid van hem nemen. Kuifje wordt echter aan boord van het schip met chloroform ontvoerd. Hij ontwaakt in het hoofdkwartier van de Zonen van de Draak, een klein Chinees geheim genootschap dat de opiumhandel bestrijdt. De leider is Wang Jen-Ghie, wiens zoon Didi de jongeman is die Kuifje meerdere malen het leven redde. Didi is inmiddels door de radjaïdjah volledig krankzinnig geworden. Hij wil voortdurend mensen onthoofden (onder het mom van "de weg vinden, zoals Lao Tse zei") en alleen zijn vader kan hem in bedwang houden. Wang vertelt Kuifje dat de ogenschijnlijk keurige Japanse zakenman Mitsuhirato in werkelijkheid een spion voor Japan is en tevens één van de grootste opiumsmokkelaars die in China actief is. Mitsuhirato had al eerder door dat Kuifje erop uit was gestuurd hem in de gaten te houden. Om Kuifje te misleiden had hij zich tijdens hun onderhoud als vriend voorgedaan en gelogen over de toedracht van de Chinese bode, die in werkelijkheid was gestuurd door de Zonen van de Draak. Het zogenaamde briefje waarin Kuifje werd teruggeroepen, was door Mitsuhirato opgesteld.
Kuifje gaat naar Mitsuhirato's opiumkit, De Blauwe Lotus, en volgt de spion. Kuifje ziet even later dat Mitsuhirato samen met enkele handlangers treinrails opblaast en vervolgens tegenover de Internationale Concessie van Shanghai de Chinezen hiervan de schuld geeft. Zo zet Japan een incident in scène om zijn inval in China te rechtvaardigen. Kuifje wordt door Mitsuhirato en diens handlangers betrapt, gevangengenomen en met radjaïdjah geïnjecteerd. Een Zoon van de Draak heeft het gif echter voortijdig vervangen. Kuifje weet te ontsnappen door te doen alsof het gif heeft gewerkt. Als Mitsuhirato even later ontdekt dat hij is bedrogen, probeert hij Kuifje dood te schieten en daarna dood te steken, maar beide pogingen mislukken want de Zoon van de Draak heeft ook met Mitshurato's dolk en pistool geknoeid. Kuifje slaat Mitsuhirato tegen de grond. Mitsuhirato doet daarop wegens poging tot moord aangifte tegen Kuifje bij de Japanse autoriteiten, die een prijs op Kuifjes hoofd zetten. Gibbons, onderweg naar Shanghai, ziet Kuifje toevallig lopen en geeft hem aan bij de Japanners. Kuifje verbergt zich echter, waarop de Japanse commandant Gibbons voor straf in hechtenis laat nemen.
Kuifje besluit terug te gaan naar de Internationale Concessie van Shanghai om een tegengif voor Didi te zoeken. De Internationale Concessie blijkt voor hem echter ook niet veilig, omdat Dawson bevel heeft gegeven tot Kuifjes arrestatie, opdat Gibbons vrij kan komen. Kuifje verschuilt zich in een bioscoop, waar hij een polygoon-journaal ziet, waarin melding wordt gemaakt van professor Fan Se-Yung, een expert op het terrein van krankzinnigheid. Kuifje gaat daarop naar professor Fans huis, maar die is tegen twaalven nog niet thuis. Hij is echter allang weggegaan bij zijn vriend Lioe en had al thuis moeten zijn. Kuifje zoekt een bekende van hem op, Rastapopoulos. Die lijkt zeer verbaasd en vertelt dat hij de professor vlak voor zijn huis had afgezet. Op de plaats waar de auto stond, ontdekt Kuifje een visitekaartje van Gibbons. Kuifje zoekt Gibbons op, die verklaart de professor inderdaad gesproken te hebben. Daarna belt Gibbons onmiddellijk Dawson op. Kuifje wordt gearresteerd en uitgeleverd aan de Japanners, die hem ter dood veroordelen, vanwege de vermeende moordaanslag op Mitsuhirato en omdat hij zich heeft voorgedaan als een Japanse generaal door diens uniform te stelen en zo het Japanse leger in China te misleiden. Mitsuhirato bezoekt Kuifje in zijn cel en biedt hem een hoog bedrag en zijn vrijheid aan als hij voor Japan wil gaan spioneren en wil zeggen waar het gestolen gif is, maar Kuifje schopt Mitsuhirato naar buiten. Daarmee lijkt Kuifjes lot definitief bezegeld; het hakmes wordt geslepen om hem de volgende dag te onthoofden. Maar het loopt anders: de Zonen van de Draak bevrijden Kuifje en smokkelen hem Shanghai uit in een gestolen pantserwagen.
In een brief van professor Fan blijkt dat hij gegijzeld is en gevangen zit in een stad aan de Jangtsekiang waar Kuifje naartoe reist. De rivier is buiten zijn oevers getreden en Kuifje redt een jongen, genaamd Tchang, van de verdrinkingsdood. Mitsuhirato en Dawson (die schulden heeft bij de Japanner) maken intussen opnieuw een overeenkomst. Dawson zal de Chinese veiligheidsdienst toestemming vragen Kuifje, op grond van een valse beschuldiging, op Chinees grondgebied te mogen arresteren. Dawson stuurt de detectives Jansen en Janssen (tegen hun zin) achter Kuifje aan, maar Tchang steelt hun machtiging op het moment dat ze Kuifje oppakken en vervangt deze door een papiertje met onzin erop. Zodoende worden Jansen en Janssen op het politiebureau voor gekken aangezien en mag Kuifje vrijuit gaan. Later proberen de twee detectives Kuifje te arresteren in een treinstation, maar ook dat mislukt, waarbij de detectives één voor één op hun gezicht vallen en in het ziekenhuis belanden. Mitsuhirato doet opnieuw een poging; hij geeft een als fotograaf vermomde huurmoordenaar opdracht Kuifje dood te schieten. Kuifje raakt gewond aan een schouder, maar weet met Tchang de man te overmeesteren. Kuifje verblijft een week bij Wang Jen-Ghie om aan zijn schouder te herstellen.
Professor Fan blijkt vervolgens niet in de stad aanwezig: hij is ontvoerd op last van Mitsuhirato. De brief was bedoeld om Kuifje op een dwaalspoor te brengen. Intussen zijn Wang, zijn vrouw en hun zoon ontvoerd door Mitsuhirato en diens handlangers. Door zich in een olievat te verbergen, dringt Kuifje door in de kelder van de Blauwe Lotus. Het blijkt een valstrik en Kuifje wordt gevangengenomen. Didi wordt binnengebracht die opgedragen wordt zijn ouders en Kuifje te onthoofden. Yamato, een handlanger van Mitsuhirato, krijgt de opdracht Didi dood te schieten als die klaar is met het onthoofden. Rastapopoulos is ook aanwezig. Hij blijkt de Grote Meester te zijn die de opiumsmokkel leidt. Hij was ook de onbekende bendeleider uit De sigaren van de farao, blijkens een teken van Kih-Oshk op zijn arm. Rastapopoulos en Mitsuhirato zijn de twee onbekende mannen die de fakir in Kuifjes hand zag. Als Kuifje en meneer en mevrouw Wang op het punt staan door Didi onthoofd te worden, komen Tchang en de Zonen van de Draak gewapend uit andere olievaten tevoorschijn. Kuifje en de zijnen hadden de valstrik namelijk al voorzien, al leek het er even niet op dat Tchang in zijn gedeelte van de tegenactie zou slagen. De drie in de kelder van De Blauwe Lotus aanwezige schurken worden gearresteerd en professor Fan wordt heelhuids teruggevonden.
Uit documenten wordt het bewijs geleverd dat Mitsuhirato een spion is die de treinaanslag in scène heeft gezet. Japan ontkent en treedt uit protest uit de Volkenbond. Mitsuhirato pleegt seppuku in zijn cel. Dawson en Gibbons zien tandenknarsend hun plannen mislukken, maar blijven buiten schot. Uiteindelijk wordt Didi dankzij professor Fan genezen en wordt Tchang door meneer Wang als zijn zoon geadopteerd. Jansen en Janssen komen Kuifje opzoeken. Ze zijn tot het inzicht gekomen dat het niet correct was de bevelen van Dawson op te volgen. Kuifje neemt ontroerd afscheid van zijn Chinese vrienden en gaat per boot terug naar Europa.