Julius Caesar moet op aanraden van zijn adviseur Bonus Promoplus het hoofdstuk weglaten uit zijn boek Commentaren over de Gallische oorlog over 'dat ene dorpje dat dapper weerstand biedt tegen de Romeinen'. De Numidische kopiisten worden gedwongen alle kopieën te vernietigen. Een van hen, Bigdatha, redt één exemplaar en geeft dat aan de blonde journalist Polemix. Op de vlucht voor de Romeinen komt Polemix naar het dorpje van Asterix en Obelix. Om te voorkomen dat de kennis verloren gaat, moeten Panoramix, Asterix en Obelix de papyrus naar het Carnutenwoud brengen, de verblijfplaats van druïde Archeopterix, opleider van Panoramix en bewaker van alle kennis.
Terwijl Panoramix, Asterix en Obelix op reis zijn blijft het dorp kwetsbaar achter. Polemix wordt door de Romeinen gevangengenomen en gegijzeld. Kakofonix roept via de loeiofoon Panoramix, Asterix en Obelix terug. Na bevrijding van Polemix verschijnt Caesar zelf ten tonele. Hij krijgt de papyrus terug, want voor de Galliërs telt alleen het gesproken woord.
Na het traditionele feestbanket, waaraan zelfs Kakofonix mag deelnemen, blijkt dat de Gallische verhalen tot op heden mondeling zijn doorgegeven, helemaal tot aan een duo stripauteurs die er een eigen strip uit distilleren: Albert Uderzo en René Goscinny.