Lambik vraagt Suske, Wiske en tante Sidonia mee op vakantie op een oude boerderij "De Ganzenhoeve". Jerom gaat niet mee, hij werkt op het ministerie. De eigenares van de boerderij is een jonge vrouw genaamd Alwina, die om onduidelijke redenen wordt gemeden door de lokale bevolking. Suske en Wiske vinden in het naburige moeras een zwarte diamant. Alwina vertelt de legende over een toren in het moeras, die later inderdaad door Lambik wordt gevonden. De zwarte diamant wordt verkocht aan baron Rijnkopers, die een presentatie voor de pers organiseert. Suske en Wiske worden daar beschuldigd van diefstal van de diamant, en vluchten met de teletijdmachine naar het verleden (omstreeks 1400).
In het verleden aangekomen neemt Wiske een foto met flits en wordt op de brandstapel gezet, nadat ze door de Vierschaar is veroordeeld als heks. Ze wordt net op tijd gered doordat Lambik, tante Sidonia en Alwina ook op het marktplein aankomen. De jeep wordt aangevallen door de lokale drakendoder, maar de vrienden ontsnappen. Professor Barabas heeft armbanden uitgevonden, waarmee je weer naar het heden terug kan gaan als de teletijdmachine hapert.
De vrienden delen de armbanden uit. Alwina vertelt dat ze afstamt van tovenaars, die hier al eeuwen wonen. Daardoor is ze zelf ook een heks; als ze aan iets denkt, gebeurt het. Zo kan ze bijvoorbeeld dingen op afstand laten bewegen. In de toren in het moeras heeft een alchemist een kunstmatige diamant gemaakt en daar zijn glimlach in gelegd om de diamant te doen schitteren. Iedereen die de diamant in bezit krijgt, verliest zelf ook zijn vermogen om te lachen. De vrienden komen erg in de problemen door een Zwarte Ridder en zijn bende, maar worden net op tijd teruggeflitst naar hun eigen tijd. Suske komt erachter dat hij de armband van tante Sidonia nog heeft. De teletijdmachine is intussen stuk door een onhandigheid van Lambik, en tante Sidonia die de diamant in bezit heeft is nog in het verleden. Nog net op tijd wordt de teletijdmachine gemaakt en wordt Sidonia uit de 14e-eeuwse moerassen gered.
De baron wordt door Lambik gepakt wanneer bij probeert te vluchten. Hij vertelt dat hij spijt heeft, nadat Wiske een foto ontwikkeld heeft waarop blijkt dat hij de Zwarte Ridder is. Hij heeft de diamant weer aan Sidonia verkocht en heeft Suske en Wiske vals van diefstal beschuldigd. Tante Sidonia is inmiddels erg zwak en Wiske koopt de diamant van haar over, waarna Sidonia meteen opknapt. Daarna kopen de vrienden de diamant steeds van elkaar, waarbij ze hun lach en daarmee hun levenskracht verliezen. De diamant moet daardoor steeds na bepaalde tijd door iemand anders worden overgekocht, om te voorkomen dat iemand helemaal wegkwijnt door hem te lang te houden. Uiteindelijk laat professor Barabas de diamant in de afvoerput vallen en is daardoor in levensgevaar. De diamant kan nog net op tijd worden teruggevonden.
Alwina koopt nu de diamant om aan de lastige situatie een einde te maken en gaat met haar laatste krachten richting de toren. De Alchemist koopt de diamant en daarmee wordt de magie verbroken. Alwina heeft haar lach terug en de Alchemist verdwijnt met de toren in het moeras. Hij geeft eerst nog een wijze spreuk mee: "Wie de lach bant, doodt zijn hart!"
Thuis ontdekken de vrienden dat Jerom een nieuwe hobby heeft: fotografie. Ook wordt verteld dat Alwina binnenkort zal trouwen met een onbekende.