Lambik laat in het park een hond verdwijnen en vertelt dit opgetogen aan zijn vrienden, maar ze geloven hem niet. Jerom staat bij het huis en zegt niks als zijn vrienden langslopen, binnen blijkt er nog een Jerom aanwezig te zijn en deze verdwijnt als Wiske het zegt. Jerom komt aan en hoort over de Jeroms in uniform en hij vindt een uniform bij de voordeur, hij brengt zijn vrienden naar professor Barabas en vertelt dat Rosarius hem 's ochtends heeft gebeld. Rosarius werkt samen met professor Barabas aan een fotokloneerapparaat waarmee hij levende wezens kan reproduceren. Professor Barabas hoort dat Jerom al afwist van het apparaat, Rosarius heeft Jerom al stiekem gekloond en professor Barabas is geschokt omdat ze hadden afgesproken nooit mensen te klonen. Lambik kloont zichzelf stiekem als zijn vrienden op weg gaan naar Rosarius en krijgt al snel ruzie over het leiderschap. De Lambiks maken nog meer klonen en besluiten een kaartspel te spelen, de winnaar zal leider worden. Professor Barabas komt thuis en ziet de klonen van Lambik, hij laat ze verdwijnen en schopt Lambik zijn laboratorium uit. Professor Rosarius slaat professor Barabas neer en hij steelt het fotokloneerapparaat, de vrienden worden gewaarschuwd en komen erachter dat er naar een hotel in Reykjavik is gebeld. Ze vertrekken meteen naar IJsland, tante Sidonia blijft achter omdat ze bezig is met de grote schoonmaak. De vrienden gaan op zoek naar Rosarius en horen dat hij een afspraak met meneer Smirnok had, maar die is al uitgecheckt uit het hotel. Suske, Wiske en Jerom horen in een café een verhaal over een witte duikboot en worden op de terugweg overvallen. De kinderen zijn ontvoerd en Jerom wordt in het ziekenhuis opgenomen, hij vertelt professor Barabas en Lambik dat zijn eigen kloon de kinderen heeft ontvoerd.
Krimson neemt contact op met Lambik en professor Barabas kan zijn signaal traceren, hij is ergens op de Atlantische Oceaan buiten de territoriale wateren. Lambik en Jerom gaan als vissers naar Jölkulsarlon en worden opgesloten in de duikboot van Krimson. Jerom wil de macht over de wereld en stuurt de Jerom-klonen met een seismisch pinkanon op weg, een atoombom zal in de ondergrondse lavaleiding ontploffen en de Grimsvötn-vulkaan zal daardoor uitbarsten. Jerom is aangekomen in de Atlantische Oceaan en laat zich meeslepen door de duikboot, de wereldleiders vragen meer bedenktijd voordat ze hun macht aan Krimson overdragen. Professor Barabas maakt een kloon van zichzelf en kan zo de machine aanpassen, hij maakt een kloon van Krimson. Deze Krimson-kloon heeft andere karaktereigenschappen dan de ware Krimson en hij helpt professor Barabas om hun vrienden te bevrijden. Krimson vindt dat de wereldleiders te lang hebben gewacht en hij wil de vulkaan de Popocatépetl doen uitbarsten, zodat Mexico-Stad vernietigd zal worden. De echte Jerom vecht met de Jerom-klonen, Krimson ziet dit en stuurt de andere Jerom-klonen op hem af maar de Krimson-kloon laat hen dan een dansje doen. Lambik laat per ongeluk een Jerom-kloon de Krimson-kloon uitschakelen en de vrienden worden in het nauw gedreven. Suske en Wiske hebben zich meerdere malen gekloond en ze verslaan met z’n allen Krimson, ze gaan naar hun vrienden en redden de situatie. De Krimson-kloon verjaagd de echte Krimson, maar dan blijkt Rosarius enorme Jerom-klonen te hebben gemaakt. Professor Barabas blijkt het fotokloneerapparaat te hebben aangepast, alle nieuwe klonen zijn een soort luchtballonnen en ze hebben geen kracht om mensen pijn te doen. Professor Rosarius geeft zich over en de duikboot wordt aan de IJslandse politie overgedragen, maar dan blijkt dat de opgesloten Krimson ook een kloon was. De echte Krimson is altijd thuis gebleven, als de vrienden thuiskomen heeft tante Sidonia het huis gekuist en allerlei lekkernijen gemaakt. Tante Sidonia blijkt zichzelf ook gekloond te hebben om al het werk te verrichten, en de klonen blijken ook verliefd te zijn op Lambik.